SITE DOORZOEKEN MET GOOGLE SEARCH

2020 Foto's

Foto van de week 19 - 25 oktober 2020

Holland. Molen = Bolschersmölle in Hengevelde ANSICHTEN afl. 100

Deze prachtige windmolen is inmiddels al ruim een halve eeuw verdwenen. Het is de Bolschersmolen (de Bolschersmölle) in Hengevelde. De molen stond aan de Gorsveldweg, waar zich nu de woningen met huisnummers 7-9-11 bevinden. De Gorsveldweg is de weg van Hengevelde binnendoor naar Beckum. Het bouwwerk bevond zich 200 meter van de gemeentegrens met Haaksbergen en was vanuit de buurschap Boekelo via de Spanjaardweg bereikbaar. De molen is in de jaren van haar bestaan ook voor diverse landbouwers uit de buurschap Boekelo van belang geweest.

Uitgever Weenenk & Snel
De uitgever van deze oude gekleurde kaart is Weenenk & Snel in Den Haag. De kaart maakt als nr. 7 deel uit van een molenserie. De foto dateert uit de periode 1925-1931. Uitgever W.R. Weenenk begon in 1901 in Den Haag een handelszaak in prentbriefkaarten met stadsgezichten. In 1905 richtte hij samen met M.F. Snel een firma op onder de naam: Weenenk & Snel. Inmiddels werden met het uitgeven van prentbriefkaarten goede zaken gedaan. Snel toonde zich een waardig medewerker en de zaak kwam tot grote bloei. In 1918 leed het bedrijf een gevoelig verlies door het overlijden van Weenenk. Snel zette toen de firma alleen voort. In de crisistijd gingen de zaken minder voorspoedig met als gevolg dat het bedrijf in 1931 failliet werd verklaard. Enige jaren later werd Weenenk & Snel overgenomen M.M. Roukes en F.Erhart. De naam Weenenk & Snel bleef echter gehandhaafd.

Molentype
De Bolschersmolen was een windkorenmolen en wordt in diverse molenpublicaties beschreven. De molen was van het type beltmolen en wordt omschreven als “een getailleerde ronde stenen bovenkruier op een belt”. De molen was gebouwd in opdracht van A. ten Heggeler. Volgens een aanwezige gevelsteen was het bouwjaar 1820. De meeste publicaties omschrijven de molen als een heel uitzonderijk, zelfs merkwaardig model. Dat heeft te maken met de slanke en toch geheel stenen romp dat “een knap staaltje van metselaarswerk wordt genoemd”. De rechtstaande muur was volgens een aantekening van de bekende architect Jan Jans ongeveer 85 cm dik. De molen kende geen stelling. De kap was met riet gedekt. Als windvaantje had de molen een haantje, dit is aan de linkerkant te zien. Op deze uitzonderlijke kleurenfoto prijkt de Bolschersmolen echter in volle glorie, nog met houten bovenas en met de mulder (Eetgerink) aan het vangtouw. De molen had geen vangstok aan de achterzijde van de kap, maar een zogenaamde binnenvang.

Het einde van de molen
In 1942 werd het gaande werk gesloopt en kwam er een oliemotor als hulpkracht. Omstreeks 1950 werd de molen buiten gebruik gesteld en begon het verval. Door een onweersbui begin mei 1961 is de molen geheel uitgebrand. Over bleef de ruïne van de stenen romp. Molenliefhebbers schreven het volgende: “Vanwege de afwijkende gedaante van deze molen is het te hopen dat het nog eens tot restauratie komt.”. Het mocht niet baten. Het terrein met ruïne werd op 8 november 1967 publiek geveild. De restanten van de Boschersmölle werden in september 1968 afgebroken, waarna er drie woningen werden gebouwd (Gorsveldweg 7-9-11). Het puin van de romp diende voor wegverharding op het erve Groot Brummelhuis (los hoes), 250 meter verderop in de gemeente Haaksbergen. De gevelsteen anno 1820 wordt sindsdien daar bewaard.

Bouwgeschiedenis en eerste eigenaar
Het hebben van een windmolen was in een ver verleden onderhevig aan het windrecht. Dit was één van de heerlijke rechten uit de feodale tijd, waarmee een heer het recht had een molen te laten draaien. Dit recht werd formeel in 1798 afgeschaft, waarna ook burgers de mogelijkheid kregen een molen te bouwen. De volledige afschaffing van het recht vond pas plaats in 1819, waarna er bij gemeenten diverse aanvragen werden ingediend om een windmolen op te richten.
De gevelsteen in de Bolschersmolen vermeldde het volgende: A.T.H. met daaronder 1820. De molen werd in 1820 gebouwd in opdracht van Alef of Adolph Ten Heggeler (1744-1824), grootgrondbezitter en landbouwer op het erve Bolscher aan de tegenwoordige Weth. Goselinkstraat 7 in Hengevelde. De molen werd gerealiseerd in een weiland van het erve Bloemenkamp of Bleume. Deze nog bestaande boerderij staat aan de Gorsveldweg 13 en wordt tegenwoordig in Hengevelde veelal ‘de Mulder’ genoemd. De Bloemenkamp was een katerstede of wönnersplaats (huurderswoning) van het erve Bloemen (Bentelosestraat) in Hengevelde. Beide panden waren eigendom van Alef. De molen bij de Bloemenkamp werd naar de huisnaam van de eigenaar ‘Bolschersmolen’ genoemd.
Alef was geboren op het Heggeler, aan de Haaksbergse kant van Hengevelde, als zoon van Arend ten Heggeler en Hendrica Brummelhuis. Hij kwam in een gespreid bedje toen hij in 1788 huwde met Joanna (Jenneke) Bolscher, de erfdochter op het erve Bolscher. Alef en Jenneke kregen vier kinderen: Arend, Waander, Hendrika en Johanna.

In 1815 maakten Alef en Jenneke beide een testament ten gunste van hun vier kinderen. Tot het bezit behoorden onder andere de volgende boerderijen in Hengevelde: het erve Bolscher, het erve Heggel(er) en de Heggelerschoppe, de Grefte, het Slot, het erve Bloemen alias Luuks, het erve Lintelo en de wönnersplaats van Bloemen, genaamd de Bloemenkamp (Bleume). Alef was in Bentelo eigenaar van erf en watermolen de Hagmeule (Hagmolen, Hagmölle) en het plaatsje (kleine boerderij) De Dorre. Ook buiten de gemeente Ambt Delden had hij bezit.
In 1824 stierf Alef als weduwnaar, waarna er een boedelscheiding werd opgemaakt en het bezit volgens testament onder de vier kinderen werd verdeeld.
De oudste zoon Arend kreeg onder andere het erve Bolscher, waar hij zelf landbouwer was. Ook werd hij de tweede eigenaar van de Bolschersmolen.
De tweede zoon Waander kreeg de Hagmolen in Bentelo, waar hij zelf ook de molenaar was. Hij was gehuwd met Bernardina Scholten van de Scholte Oosterhof. Waande bouwde later een windkorenmolen (de Hagmolen), waarna de watermolen verdween. Waander en later ook zijn zoon werden ‘de Hagmulder’ genoemd. Ook de dochters van Alef deelden in het bezit van de ouders, maar beide sloten daarnaast een goed huwelijk. Hendrika huwde met Jan Hendrik Scholten op het grote erve Scholte Oosterhof in Wiene. Hij was een broer van zijn schoonzuster Bernardina ten Heggeler. Johanna trouwde met Jan Hendrik Groot Hundfeld, landbouwer op Grosse Hundfeld in het Alstätter Brook.

De molenaars van de Bolschersmolen
De Bolschermolen is, zoals gezegd, gebouwd bij boerderij de Bloemenkamp (nu meestal de Mulder genoemd). Vanaf 1824 was Arend ten Heggeler (1791-1852) op het erve Bolscher de nieuwe eigenaar. Deze was in 1815 gehuwd met Elisabeth Wolferink of Wolfering (1795-1876). Zij was geboren in Alstätte en een dochter van Hendrikus Wolferink en Maria Catharina Rolving. Haar vader kwam van het Wolferink uit Haaksbergen en was door het huwelijk molenaar op de Haarmühle geworden.
Arend ten Heggelaar was zelf geen molenaar en verpachtte de Bolschersmolen.

1) Rensing
De oudst bekende molenaar was Jan Hendrik Rensing uit Alstätte. Hij was gehuwd met Aleida Kivit, eveneens uit Alstätte afkomstig. Volgens de Volkstelling van 1830 hadden zij twee dochters: Maria en Johanna. Het molenaarsgezin woonde op ‘de Bloemenkamp’.

2) Jansen
Bij de Volkstelling van 1840 staan er twee woningen op het erf. De boerderij werd bewoond door de molenaar. Voor 1840 was Bernardus (Berend) Jansen de huurder geworden. Hij was voorheen molenaar van de Rechterense molen in Dalfsen. Jansen was gehuwd met Hermanna Schuttelaar en had met haar in 1840 een zoontje van drie jaar. Berends halfbroer Jan Hermen Distel, telg uit een muldersfamilie, was knecht op de Bolschersmolen. Het andere pand werd in 1840 bewoond door de ongehuwde bakker Hermannus Bombeld. Waar meel voorradig is kan een bakker immers goed zijn brood verdienen. Na het overlijden van Berend Jansen in 1847 hertrouwde Hermanna een jaar later met de molenaar Jan Hennink uit Goor.

3) Ten Heggeler, later Eetgerink
Na het overlijden van Arend ten Heggeler in 1852 kwam de molen in het bezit van zijn jongste zoon Antonius Hermannes ten Heggeler (1842-1869). Als deze in 1864 aangeeft de molen zelf te willen gaan bemalen vertrekt de familie Jansen naar de Hagmolen in Bentelo.
Antonius H. ten Heggeler huwde in 1865 met Geertruida Wiegink (1840-1875) uit Denekamp. Zij kregen twee dochters. De mulder Ten Heggeler overleed al op 27-jarige leeftijd, waarna zijn weduwe hertrouwde met Hendrikus Antonius Eetgerink (1847-1921). Deze was in 1847 in Hengevelde geboren op het erve Hagman, als zoon van Hermannes Eetgerink, afkomstig uit Beckum en Anna Maria Scholten, een kleindochter van Alef ten Heggeler. Hendrikus A. Eetgerink was op 5-jarige leeftijd wees geworden, waarna hij werd opgevoed door zijn familie op het erve Bolscher. Later was hij hier knecht. Om de Bolschersmolen na het overlijden van A.H. ten Heggeler in de familie te houden werd Eetgerink naar de Bloemenkamp (en Bolschersmolen) ‘geschoven’, met de bedoeling dat hij zou hertrouwen met Geertruida Wiegink. Het plan slaagde, waarna er twee kinderen, een zoon Hermannus in 1872 en een dochter Geertruida in 1874, werden geboren. De dochter huwde in 1894 in Haaksbergen met Hermanus Leferink op het erve Leferink.
Drie jaar na het huwelijk overleed Geertruida Wiegink. De weduwnaar Eetgerink, die landbouwer op het erve Bloemenkamp en mulder op de Bolschersmolen was, hertrouwde in 1883 met Johanna Geertruida Brummelhuis (1843-1920), afkomstig van de Giesberie (Bleumer) in Bentelo, vlakbij de Brummelhuizerbrink. Zij kregen samen een zoon Gerhard Eetgerink, die erfopvolger werd.

4) Eetgerink tot 2014
Gerhard Eetgerink (1885-1972) volgde zijn ouders op als landbouwer op het erve Bloemenkamp en mulder op de Bolschersmolen. Hij huwde in 1911 met Anna ten Heggeler (1878-1955), afkomstig van het erve Bolscher. Anna was familie en feitelijk een achternicht van Gerhards vader. Gerhard en Anna kregen drie kinderen: Hendrik (1913-1998), Trui (1915-2001) en Jan (1919-1985). Hendrik was de boer op de Bloemenkamp en de laatste molenaar op de Bolschersmolen. Hij huwde met Anna ten Dam en kreeg met haar vier kinderen. Jan en Trui Eetgerink bleven allebei ongehuwd. Jan was zelfstandig bakker op de Bloemenkamp. Hij bakte (rogge)broden en maakte banket. De bakkerij bevond zich aan de andere kant van de weg. De Gorsveldweg liep tussen boerderij en bakkerij door en kende hier een versmalling. Jan doofde de oven na een halve eeuw bakken in het najaar van 1984. Trui regelde jarenlang de gang van zaken in de bakkerij van haar broer op de momenten dat deze aan het venten was.

Tot 2014 is ‘de Bloemenkamp’ of ‘de Mulder’ eigendom van de familie Eetgerink gebleven. In dat jaar werd het erf verkocht. De bakkerij werd kort hierna afgebroken.

Bronnen:
-Molens in Overijssel in oude ansichten door drs. H.A. Visser;
-Nederlandse Molens in oude ansichten door L. van Lambalgen;
-Overijsselse windmolens van toen nu en nu door Gerard Varwijk;
-Water- en windmolens in Oost-Nederland, getekend door Jan Jans;
-De windkorenmeule van het Weleveld in het kerspel van Borne door M.G.E. van Harten-Fransen;
-Historie van Haaksbergen deel III;
-eigen genealogisch bestand
-Volkstellingen en Bevolkingsregisters Ambt Delden met dank aan Ton Brummelhuis, Hengevelde.


Foto afkomstig van de Facebookpagina Oud-Haaksbergen: https://www.facebook.com/groups/171140093245568, geüpload met commentaar door Eric Ooink van de Historische Kring Haaksbergen

Laatst aangepast opzondag, 12 March 2023 19:18